Afgelopen oktober had ik een dag te besteden in de Keniaanse hoofdstad Nairobi. Helaas spelen er veel veiligheidsrisico’s in Nairobi, onder andere door de grote terroristische dreiging. Om deze reden kozen wij ervoor om de dag in te vullen met een excursie, georganiseerd vanuit het hotel waarin we verbleven.
Weesolifantjes
Een privéchauffeur rijdt ons ’s ochtends naar de David Sheldrick Elephant Orphanage. Dit biedt onderdak aan weesolifantjes (en een aantal neushoorns!) vanuit heel Kenia.
Terwijl de bezoekers toekijken worden de olifantjes gevoerd. De medewerkers vertellen ondertussen van alles over de olifanten en olifantenbehoud. Het is echt ontzettend leuk om die olifantjes te zien dollen en spelen, het zijn net honden in dat opzicht. Ook erg schattig is hoe ze gretig hun fles melk opdrinken. De olifantjes drinken melk aangemaakt van babymelkpoeder, wel drie liter per keer!
David Sheldrick
De Orphanage is opgericht, en wordt nog steeds gerund, door Daphne Sheldrick, de weduwe van David Sheldrick. David Sheldrick was vanaf 1948 beheerder van Tsavo, een van Kenia’s grootste nationale parken. Destijds waren stropers een groot probleem en Sheldrick maakte zich sterk tegen stropers. Olifantjes die door stropen hun moeder verliezen worden vanuit heel Kenia naar de Elephant Orphanage gebracht. Daar krijgen zij gespecialiseerde behandeling en persoonlijke aandacht. Als de olifanten volwassen zijn, worden ze geherintroduceerd in het wild het nationale park Tsavo. Tsavo ligt tussen Nairobi en Mombossa in.
De toegang tot de David Sheldrick Elephant Orphanage is 500 Keniaanse Shilling (ongeveer 7 dollar). Er is ook een souvenirwinkel en voor 50 dollar per jaar kun je een olifant (financieel) adopteren. Je krijgt dan een certificaat met een profiel en een foto van jouw geadopteerde olifant, een kaartje waarop staat waar het olifantje vandaan komt en een maandelijkse nieuwsbrief.
Giraffes voeren
Vervolgens bezochten we het Giraffe Centre, circa 20 minuten rijden van de Elephant Orphanage. Het Giraffe Centre huist tien giraffes. Zes van die giraffes zijn geboren in het Centre en vier komen uit verschillende parken en natuurreservaten in Kenia. Je kunt in het Centre heel dichtbij de giraffes komen en ze zelfs voeren. De medewerkers van het Centre geven alle bezoekers een handje voer. Sommige bezoekers stoppen wat voer tussen hun lippen, om zo een “kusje” van de giraffe te krijgen. Niet al te fris… Alsnog is het heel bijzonder om vlakbij deze wilde dieren te komen.
Helaas is het Giraffe Centre erg toeristisch. De Tripadvisorreviews die ik vooraf gelezen had logen er dan ook niet om (“hordes toeristen komen en gaan”). Ondanks dat is het een hele belevenis om een dier van 5,4 meter uit de hand te voeren. Toegang tot het Giraffe Centre is 1000 Keniaanse Shilling per persoon (iets meer dan 10 dollar).
In het Giraffe Centre zijn alleen Rothschildgiraffes: een ondersoort van giraffes die enkel te vinden zijn in het grasland van Oost-Afrika. Vroeger werd deze soort bedreigd, maar inmiddels zijn er ruim 300 van deze giraffes in Kenia, mede door de inzet van David Sheldrick.
Het Giraffe Centre werd opgericht in 1983 door The Africa Fund for Endangered Wildlife met als doel giraffes te redden en tevens als onderwijsinstituut en dit maakt het voor mij zeker een bezoek waard.
Grappig om te vermelden is dat Melania Trump tegelijkertijd met ons in Nairobi was. Daardoor kon het vliegtuig niet meteen landen en stond er overal in Nairobi file. We kwamen er later achter dat Melania op dezelfde dag (op een later tijdstip) als wij de Elephant Orphanage bezocht. Daar is ook dit filmpje gemaakt waarin ze geduwd wordt door een olifantje.
Armoede
Wat ik erg verdrietig vond aan Nairobi was het grote verschil tussen arm en rijk. We reden door sloppenwijken en even later zaten we weer aan het zwembad in een 4 sterrenhotel.
Kenia is een prachtig land en ik raad het zeker aan om eens te bezoeken, maar helaas zijn armoede en criminaliteit een groot probleem.