Albanië is ongerept, beeldschoon en bovenal onontdekt. Natuurwonderen vind je overal en de mensen zijn vriendelijker dan waar dan ook. De laatste jaren is er veel geïnvesteerd in het wegennetwerk en dat is erg bevorderend voor het plezier waarmee je dit land een bezoek brengt. Tot niet zo lang geleden was het wegennetwerk van Albanië niet eens bekend en was het op Google dus één groot wit vlak. Albanië heeft een hoop verborgen schatten in de natuur welke allemaal echt het bezoeken waard zijn. De volgende hebben we met veel plezier bezocht! Wij waren het meest fan van het Blue Eye Lake, het Llogara National Park, de Vikoskloof en de Enipea watervallen.

Blue Eye Lake

Vanuit de kustplaats Sarandë rijd je in een half uur naar Blue Eye Lake. Het is niet in ze opgekomen meer dan €0.50 entree te vragen, dus duur zal het niet worden. In de omgeving kun je mooie hikes maken. Wij zijn met de auto naar de parkeerplaats gereden. Waar veel mensen de eerste parkeerplaats pakten die ze tegenkwamen, zijn wij doorgereden tot het einde. Deze weg is makkelijk te berijden. Na vijf minuten wandelen kom je bij een mysterieus meer dat water van onder uit de grond pompt. De oorsprong van deze omgekeerde waterval is tot op heden onbekend en dat maakt het wel heel bijzonder. Zwemmen is er verboden en ook gevaarlijk want er staat een sterke stroming. Het water is kristalhelder en zo’n 10 graden. Er ligt een restaurantje waar je kunt lunchen aan de rivier. Het is hier wat duurder, maar in vergelijking met Nederland stelt het niets voor natuurlijk.

Het Llogara National Park

Dit stuk beschermd natuurgebied ligt langs de kust van Vlorë naar Albanië. Het is prachtig om doorheen te rijden en als je genoeg tijd hebt kun je er een overnachting regelen om te survivalen. Onderweg kom je vrije paarden en ezels tegen. Uiteraard moet je oppassen voor overstekende berggeiten. Een paar haarspeldbochten moet je ervoor over hebben, want het is wel een groot gebergte. Helemaal op de top van de hoogste berg liggen twee restaurantjes met een adembenemend uitzicht over de zee en de rest van het gebergte.

De Vikoskloof

Vlakbij het plaatsje Vikos in Noord Griekenland ligt de mooiste kloof die wij in ons leven gezien hebben. De kloof wisselt van 400 meter tot anderhalve kilometer diep. Door jarenlange uitslijting van de rivier is deze immense diepte ontstaan. Je kunt een hike maken van een uur of zes door de hele kloof. Als je niet in de wieg gelegd bent om zover te wandelen (wij zijn dat zeker niet) kun je naar Oxxio rijden. Daar heb je na vijf minuten lopen een prachtig uitzichtspunt over de kloof. Je kunt nog een stukje verder lopen dan iedereen doet, namelijk vanaf het bordje dat aangeeft dat je dit op eigen risico doet. Het is niet erg gevaarlijk, maar je moet wel echt voorzichtig zijn. Een misstapje betekent dat je zo’n kilometer naar beneden glijdt, maar je krijgt er wel een prachtig uitzicht voor terug. Overnacht zeker in een bergdorpje rondom de kloof. De rust en stilte die je hier ervaart in de bergen vergeet je niet snel.

De Enipea watervallen

Met zoveel watervallen in de buurt moet je er ergens wel een bezoek aan brengen tijdens je reis. Wij kozen voor de Enipea watervallen. In dit gebied kun je heel fijn wandelen over de bergpaadjes. Veel mensen lopen naar onder andere de heilige kloof en naar de kleine strandjes die verscholen liggen in de bossen. Zelfs als het buiten heet is, is het oner de bomen relatief koel. Tussendoor kom je langs allerlei kleine watervalletjes. Als je voorzichtig bent, kun je van de paden af om op een steen tussen de watervallen eventjes van het natuurgeweld te genieten. De grootste waterval in dit gebied is de Enipea waterval. Deze is iets meer dan 10 meter hoog en heeft een klein meertje gecreëerd aan zijn voet. Het water is uiteraard smeltwater dus het doet letterlijk pijn om een duik te nemen. Desondanks zijn er dappere mensen die dit toch doen. Je kunt het maar van je bucketlist strepen natuurlijk. Wij hebben er ongeveer twee uur rondgewandeld, maar je kunt je er ook prima een hele dag vermaken.